Zo voorkom je stormschade

Wist je dat storm vaak voor tientallen miljoenen euro’s schade kan aanrichten? Gelukkig kun je zelf van alles doen om stormschade te voorkomen: vóór, tijdens en na de storm.

Vóór de storm

  • Haal reclameborden en dergelijke naar binnen. Lukt dat niet, maak ze dan stevig vast.
  • Zorg dat je zonneluifel en zonwering opgerold of ingeklapt is.
  • Sluit alle ramen en deuren, denk daarbij ook aan daglichten en klapramen.
  • Controleer je pand/huis op kapotte ruiten en voer tijdig noodreparaties uit.
  • Haal overhangende, losse en dode boomtakken weg rondom je pand.
  • Parkeer je auto(‘s) onder een stevige overkapping, in een schuur of garage. In ieder geval niet onder of dicht bij een boom.
  • Controleer het dak of dakpannen en of de daklagen goed vastzitten.
  • Laat losse goederen en materialen niet buiten staan of veranker ze.
  • Check je apparatuur en installaties op het dak en gevel, zoals verlichting, neonreclame, antennes, de schoorsteen, bliksemafleider, airco-unit, hijs- en glazenwasinstallatie.

Tijdens de storm

Persoonlijke veiligheid van jezelf, je medewerkers en je klanten staat voorop:
  • Blijf tijdens de storm zoveel mogelijk binnen.
  • Wacht met het treffen van noodvoorzieningen of reparaties tot de storm voorbij is. Klim dus niet tijdens de storm op het dak om dakbedekking terug te leggen.
  • Houd het portier van je auto stevig vast als je in- of uitstapt. Zo voorkom je schade aan je eigen auto en aan andere geparkeerde voertuigen.
  • Bij hevige wind is het veiliger niet de weg op te gaan met lege vrachtwagens.
  • Moet je toch de weg op met een lege huifoplegger, zet dan alle zeilen open. Ook van het dak. Kan dit niet, maak de oplegger dan stabieler door spanbanden aan te leggen. Dit kun je ook doen met een lege kastwagen.

    Na de storm

    Storm en regen gaan vaak samen. Met deze tips voorkom je waterschade na een storm:
    • Laat schade aan daken en ruiten zo snel mogelijk herstellen. Dek als noodoplossing de schade goed af met een afdekzeil.
    • Inspecteer de dakbedekking. Zet losliggende dakpannen vast. Inspecteer bij platte daken nauwkeurig of de naden intact zijn en of de loodslabben nog goed liggen.
    • Verwijder zwerfvuil van je plat dak, dakgoten en afvoeren.
    • Kijk ook eens omhoog. Let dan op lekkagesporen onder het dak, zoals verkleuringen of doorhangende plafondplaten. Door tijdige signalering voorkom je erger.
    • Laat jaarlijks je dak inspecteren en onderhouden door een specialist.

    Heb je toch schade?

    Heb je toch schade door het slechte weer? Wij informeren je graag over eventuele schadeafhandeling, wat wel en niet verzekerd is en hoe wij je op weg kunnen helpen.