Hoe rijd je veilig met slecht weer?

Maar niet iedereen heeft de luxe om de auto uit een garage te rijden. Staat je auto gewoon op straat? Ook dan kun je voor vertrek al veel doen om je auto ijsvrij te houden. Denk aan het gebruik van een isolatiedeken of een stuk karton voor op je voorruit. Zorg ervoor dat deze onder je ruitenwissers zit. Zo voorkom je dat de deken of het karton aan je ruit vastvriest.

Maak je auto ijs- en sneeuwvrij met een ijskrabber en zachte borstel. Haal sneeuw niet alleen van je ruiten af, maar ook van de motorkap, het dak en je spiegels. Deze kan tijdens het rijden namelijk bij jou of bij iemand die achter je rijdt op de voorruit waaien. Je bent nu ieder geval klaar om met optimaal zicht te vertrekken.

Deze tip is een beetje een inkopper, maar wel belangrijk. Of het nu goed of slecht weer is: het spreekt voor zich dat je tijdens het rijden ook echt focust op het autorijden. Appen terwijl je rijdt, is niet de bedoeling. Toch appen we nog steeds terwijl we achter het stuur zitten. Even snel de klant appen dat je wat later bent; even snel reageren op het berichtje dat de meeting op kantoor is verzet. Door dit te doen, word je een gevaar op de weg. Bij Interpolis ontwikkelden we een handige app die je helpt om zonder afleiding te rijden: AutoModus. Deze app helpt jou om je telefoon tijdens het rijden links te laten liggen. Wat je ook doet: zorg dat je zonder afleiding de weg op gaat.

Zorg ervoor dat je goede banden voor je auto hebt. Voor extra veiligheid tijdens de winterperiode is het misschien verstandig om te investeren in winterbanden. Met winterbanden heb je meer grip op ijs en sneeuw dan met zomerbanden. Dat komt omdat de minimale profieldiepte van winterbanden groter is dan bij zomerbanden. De remweg wordt hierdoor korter en je hebt minder kans dat je auto onbestuurbaar wordt door aquaplaning. Houd je de zomerbanden erop tijdens de winter? Check dan even of het profiel van je band minimaal 1,6 millimeter, maar liefst 2 millimeter diep is. 

Het klinkt logisch, maar in stress-situaties kan de adrenaline flink oplopen. Blijf in ieder geval rustig en houd je hoofd koel. Als het slecht weer is, zorg dan dat je rustig optrekt. Pas je snelheid aan en maak geen abrupte stuurbewegingen. Houd beide handen op het stuur en kijk ver vooruit. Ook is het slim om meer afstand te houden van het voertuig voor je dan je normaal gesproken doet. Met deze rijstijl verklein je de kans op ongelukken.

Remmen bij slecht weer is een vak apart. Elke situatie vraagt om een andere manier van remmen. We delen een paar trucs met je over hoe je moet remmen.

• Remmen bij een noodstop
  Als je in een schakelauto rijdt, moet je bij een noodstop je rem en je koppeling tegelijk intrappen. Doe je dit hard genoeg, dan kan je rempedaal gaan trillen. Raak niet in paniek. Dit is je ABS, het antiblokkeersysteem. Dit systeem zorgt ervoor dat wielen niet blokkeren als je opeens hard remt. Laat je rem dus niet los. Heb je geen ABS? Ga dan niet vol op de rem. Rem pompend en rem door als je voelt dat de banden weer grip hebben.


• Remmen bij een gladde bocht
  Soms is niet remmen ook verstandig. Moet je een gladde bocht door, laat het gas dan van tevoren los. De kans bestaat anders dat je moet gaan remmen en dan verliezen de wielen grip. Je auto gaat dan slippen. Geef in de bocht ook geen gas bij, dan is er namelijk een groter slipgevaar. Het is aan te raden om pas na de bocht weer op je gaspedaal te duwen.


• Remmen bij plotselinge gladheid
  Lijkt de weg opeens een ijsbaan en word je verrast door plotselinge gladheid? Kijk dan naar waar je heen wilt en pas aan door rustig bij te sturen. Trap hierbij je koppeling in en laat daarna pas het gas los. Werkt dit niet? Blijf dan sturen naar waar je heen wilt. Kun je echt niet anders, maak dan een noodstop.

Ga de weg op met bovenstaande tips en een voorbeeldige rijstijl, dan is de kans het grootst dat veilig op je bestemming aankomt. Tenslotte: zorg dat je in ieder geval goed bent verzekerd voor het geval dat er wel iets mocht gebeuren.