Kinderen in de auto. Zo vervoer je ze veilig.

Wat mag wel en niet als het gaat om het vervoeren van kinderen in de auto? Mogen kinderen nog wel voorin zitten? Tot welke leeftijd horen ze in een autostoel te zitten? En hoe zit dat als je op vakantie bent in het buitenland? In dit artikel zetten we alle regels en tips voor het veilig vervoeren van kinderen in de auto voor je op een rij.

Hoewel je misschien anders zou verwachten, mogen kinderen van alle leeftijden voorin de auto vervoerd worden. Het maakt dus niet uit of je een baby van een paar weken op de passagiersstoel zet, of een kind van 12. Wél gelden hierbij uiteraard een aantal regels, namelijk:

• Kinderen met een lengte tot 1,35 meter moeten zowel voor- als achterin de auto altijd vervoerd worden in een goedgekeurd autostoeltje of zitverhoger.
• Baby's en dreumesen vervoer je idealiter zo lang mogelijk (in ieder geval tot 15 maanden) tegen de rijrichting in. Het nekje en het hoofd van kleine kinderen zijn nog erg kwetsbaar. Door hen tegen de rijrichting in te vervoeren kunnen ze een klap bij een eventuele botsing beter opvangen.
• Als je een baby of dreumes vervoert in een autostoel die tegen de rijrichting in geplaatst is, zorg er dan voor dat de airbag altijd uitgeschakeld is.
• Bij het vervoeren van kinderen tot 12 jaar op de passagiersstoel is het raadzaam om de airbag uit te schakelen omdat ze in veel gevallen nog niet de lichaamslengte hebben voor een airbag.
• Wanneer je de airbag voorin niet kunt uitschakelen, zet dan de passagiersstoel zo ver mogelijk naar achteren.

De autostoel die je gebruikt om kinderen tot 1,35 meter mee te vervoeren moet een goedgekeurd model zijn. Je kunt zien of jouw autostoel goedgekeurd is als er een oranje label aan de stoel zit waarop ECE 44/03 of 44/04 te lezen is. Autostoelen met het i-Size label zijn ook goedgekeurd.

In Nederland spreken we van 4 verschillende groepen autostoelen die elk passen bij de leeftijd, lengte en het gewicht van kinderen:

• Groep 0+ (tot 13 kg): Dit zijn de allerkleinste autostoelen waarin baby's vanaf de geboorte tot 15 maanden in vervoerd kunnen worden. Deze stoelen kunnen vastgezet worden met de autogordel en tegenwoordig ook met het Isofix-systeem (zie hieronder).
  Een baby in een groep 0+ stoel vervoer je altijd tegen de rijrichting in. Is je baby zwaarder dan 13 kilo, of steekt het hoofd van de baby boven de zitting uit, dan is het tijd om over te stappen naar een 'groep I stoel'.
• Groep I (9 tot 18 kg): Deze stoelen worden ook wel peuterstoelen genoemd en worden meestal met de rijrichting mee geplaatst met een autogordel of Isofix (zie hieronder). Er zijn ook peuterstoelen die in beide richtingen geplaatst kunnen worden. Peuterstoelen hebben net als de groep 0+ stoelen een eigen gordelsysteem en het is belangrijk dat het kind zo vast mogelijk in de stoel gezet wordt.
• Groep II (15 tot 25 kg) en Groep III (22 tot 36 kg): deze 2 groepen worden tegenwoordig vaak samengevoegd in het stoeltje met zitverhoger. De stoel kan worden vastgezet met het Isofix-systeem, of staat los op de bank. Het kind wordt met de driepuntsgordel van de auto vastgezet. De rugleuning van dit stoeltje is belangrijk om eventuele klappen van de zijkant goed op te vangen. Daarnaast zit in de rugleuning de gordelgeleider waar de driepuntsgordel doorheen moet zodat deze goed gepositioneerd wordt op het lichaam en niet in de nek van het kind snijdt. Gebruik van een zitverhoger zonder rugleuning wordt om deze redenen dan ook steeds vaker afgeraden.

In de gehele Europese Unie is de regelgeving voor het vervoeren van kinderen soms wat verschillend. Zo is het in Duitsland, Italië en Oostenrijk bijvoorbeeld verplicht om kinderen tot 1,50 meter te vervoeren in een goedgekeurde autostoel. Ook gelden er in sommige landen andere regels omtrent het vervoeren van kinderen voorin. In landen zoals Portugal, Spanje en Frankrijk mag je bijvoorbeeld geen kinderen voorin vervoeren. Ben je van plan auto te rijden in het buitenland, raadpleeg dan altijd de lokale regels via een lokaal verkeersbureau.

Lees meer over het veilig vervoeren van kinderen in de auto als je in het buitenland bent.

Neem je kinderen mee in de auto, dan is het verstandig om de volgende tips in het achterhoofd te houden:

• Zet een kind zo vast mogelijk in de gordel, zorg ervoor dat er maximaal 1 vinger tussen de gordel en het lijf kan.
• Stel de autostoel altijd goed af op de lengte van het kind. Met name groep I en II stoelen kun je in lengte verstellen.
• Trek vooral in de winter de jas uit van het kind voordat je hem in de auto plaatst. Dikke jassen kunnen ervoor zorgen dat gordels niet strak genoeg om het lichaam zitten, wat er bij een eventuele botsing voor kan zorgen dat het kind alsnog uit de stoel valt.
• Alle auto’s die gebouwd zijn na 2012 hebben Isofix. Dit is een bevestigingssysteem voor autostoeltjes. Tussen de rugleuning en de zitting van de achterbank zitten zogenaamde Isofixhaken die zijn verbonden met de carrosserie van de auto. Deze zitten dus muurvast. Een autostoeltje met Isofix heeft grijphaken die eenvoudig in de Isofixhaken van de auto zijn vast te klikken. Je kunt ook een Isofix base installeren op de achterbank waar dan weer een autostoel op vastgeklikt kan worden. Het voordeel van vastzetten met Isofix is dat een stoel niet kan bewegen op de achterbank.
• Vervoer kinderen zo lang mogelijk tegen de rijrichting in. Tegenwoordig zijn er ook veel peuterstoelen die tegen de rijrichting in geplaatst kunnen worden. Het voordeel hiervan is dat de klappen bij een eventuele botsing veel beter kunnen worden opgevangen door de kwetsbare nek van een jong kind.

Lees meer tips over veiligheid onderweg met kinderen.

Ga je de weg op met kinderen in de auto, zorg dan niet alleen voor een goedgekeurd autozitje maar ook voor de juiste verzekering. Bekijk daarvoor de autoverzekering van Interpolis. Daarnaast is het verstandig om te kiezen voor een inzittendenverzekering, zo is iedereen die je in jouw auto vervoert - dus ook de kinderen - verzekerd wanneer er schade ontstaat bij een ongeval. Denk hierbij met name aan letselschade. 

Kortom, kinderen vervoeren in de auto mag zowel voor- als achterin, hoewel de achterbank de veiligste plek blijft. Zorg er altijd voor dat een autostoel voldoet aan het juiste keurmerk en controleer of het kind goed vastzit in de gordel en de stoel nog past bij de lengte en het gewicht.