Tijdens donkere dagen gemiddeld 69 woninginbraken per dag.

Nu de wintertijd in de nacht van 25 op 26 oktober weer officieel ingaat, neemt het risico op woninginbraak significant toe. De cijfers achter de InbraakBarometer van Interpolis toonden afgelopen jaar een landelijke stijging van 24% in het aantal inbraken en pogingen daartoe. In de wintertijd, ook wel bekend als de donkere-dagenperiode, zijn er gemiddeld 69 woninginbraken per dag. De verzekeraar dook daarom dieper in de data om te ontdekken welke woningen het meeste risico lopen. Met deze inzichten wil Interpolis bijdragen aan een veiliger Nederland.

Het aantal inbraken daalde in de periode 2012-2021 van 92.000 naar 24.000 inbraken per jaar. Deze dalende trend stagneert sinds 2021. Sindsdien schommelt het jaarlijkse aantal inbraken tussen de 22.000 en 24.000. Mireille van den Boom, woordvoerder van Interpolis: 'De stagnerende daling in het aantal woninginbraken is voor ons reden om aandacht te blijven vragen voor dit probleem. 69 inbraken per dag is nog steeds erg veel. Om mensen beter te helpen en inbraken te voorkomen, zijn we daarom dieper in de data gedoken om te achterhalen welke woningen het meeste risico lopen. Daaruit kwamen enkele interessante inzichten naar voren die mensen zelf kunnen gebruiken om hun huis beter te beschermen tegen inbraak.'

De InbraakBarometer laat zien dat het risico op een inbraak groter is in stedelijke gebieden dan in dorpen, maar er zijn duidelijke nuances. Het zijn niet de drukke stadscentra waar inbrekers het vaakst toeslaan, maar juist de omliggende wijken en randen van de stad. Ook woningen op minder dan 150 meter van een supermarkt blijken kwetsbaarder. 'Gelegenheidsfactoren wegen zwaar voor inbrekers. De drukte, continue stroom van passanten en de anonimiteit rondom supermarkten vormen ideale omstandigheden. Ze kunnen ongezien hun slag slaan en zich weer in de massa mengen alsof er niets gebeurd is, aldus Jos van der Stap, programmamanager High Impact Crime van Politie Nederland. Dat gelegenheid vaak zwaarder weegt dan de verwachte buit blijkt ook uit het type woningen dat doelwit is. Niet de grote villa's of boerderijen, maar vooral etagewoningen en flats lopen meer risico. Bij woningen kleiner dan 60m² is dat risico zelfs nog groter. Van der Velde duidt dit inzicht: 'We zien dat etagewoningen en flats vaker een doelwit zijn. Daar wordt vaak minder besteed aan goed hang- en sluitwerk, waardoor inbrekers makkelijker binnenkomen'. Van den Boom: 'We willen graag weer een significante daling van het aantal inbraken zien, want elke inbraak is er 1 te veel. Dat begint bij alert zijn en kleine veranderingen in het gedrag, zoals consequent deuren en ramen afsluiten en gebruikmaken van verlichting. Zo kunnen we samen het verschil maken.'

De stijging van het aantal inbraken in de wintertijd ten opzichte van de zomertijd is een landelijk probleem, maar enkele provincies springen er bovenuit. Met 46% is in Gelderland sprake van het hoogste risico, gevolgd door Noord-Brabant (36%), Limburg (35%) en Overijssel (31%). In andere provincies, bijvoorbeeld Drenthe (6%), Friesland (5%) en Zeeland (5%) ligt het risico een stuk lager.