Begin 2015 ontvingen alle woningeigenaren in Nederland een voorlopig energielabel van de rijksoverheid. Met labelklassen van A tot en met G, waarbij een A-label het energiezuinigst is. Het voorlopige label was een algemene inschatting van hoe energiezuinig het huis is. Er werd gekeken naar zaken als het bouwjaar, het woningtype en de oppervlakte. Het voorlopige label moest vooral aansporen tot nadenken over manieren om huizen energiezuiniger te maken.
Verkoop je je huis, dan moet je op het moment van overdracht een geldig, definitief gemaakt energielabel overleggen. Dat blijft ook in de nieuwe situatie zo. De energiekosten voor onder meer je koelkast of wasmachine staan los van het label. Maar het geeft nieuwe eigenaren wel een redelijke inschatting van zaken als de te verwachten stookkosten.
Het omzetten van voorlopig naar definitief kost je nu maximaal een paar tientjes. En het is voor particulieren weinig werk. Dit terwijl het boetebedrag bij het ontbreken ervan tijdens een woningoverdracht op kan lopen tot € 170,-. Een veelvoud van het eigenlijke bedrag dus. Ook verhuurders en woningcorporaties moeten een afschrift van een definitief label aan een nieuwe huurder beschikbaar stellen. Voor verhuurders liggen de boetebedragen bij het niet kunnen tonen nog hoger.