Wat is de Wmo en hoe vraag je het aan?

Heb je moeite met het huishouden, voel je je minder mobiel of heb je behoefte aan begeleiding? Dan kun je via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) ondersteuning krijgen van je gemeente. Ook als je mantelzorger of naaste bent van iemand die zorg nodig heeft, kan het handig zijn om te weten hoe de Wmo werkt. In dit artikel lees je wat de Wmo is en hoe je ondersteuning aanvraagt.

Wat is de Wmo?

De Wmo is een Nederlandse wet die gemeenten verantwoordelijk maakt voor het ondersteunen van inwoners om zo lang mogelijk zelfstandig thuis te blijven wonen en deel te nemen aan de samenleving. Officieel heet deze wet Wmo 2015.

De Wmo kent 2 soorten ondersteuning, ook wel voorzieningen genoemd:
  • Algemene voorzieningen: voor iedereen beschikbaar, zoals een maaltijdservice of een buurtbus.
  • Maatwerkvoorzieningen: afgestemd op jouw persoonlijke situatie. Denk aan huishoudelijke hulp, hulpmiddelen zoals een traplift, (inklapbare) scootmobiel of (elektrische) rolstoel, en begeleiding in het dagelijks leven.

Sommige vormen van zorg, zoals verpleging en verzorging thuis (thuiszorg), vallen niet onder de Wmo maar onder je zorgverzekering.

Bekijk hoe de vergoeding voor verpleging en verzorging geregeld is bij de Interpolis zorgverzekeringen.

Ondersteuning bij respijtzorg.

Ook mantelzorgers kunnen ondersteuning krijgen met respijtzorg. Dit betekent dat iemand tijdelijk de zorg overneemt, zodat jij als mantelzorger even kunt uitrusten. Welke hulp je krijgt, hangt af van jouw persoonlijke situatie en de beoordeling van je gemeente.

Lees meer over de vergoedingen en diensten voor mantelzorg bij de Interpolis zorgverzekeringen.

Wat is het verschil tussen de Wlz en de Wmo?

De Wet langdurige zorg (Wlz) geldt voor mensen die blijvend en intensieve zorg nodig hebben, vaak in een zorginstelling. Je komt alleen in aanmerking voor de Wlz als je niet meer zelfstandig kunt wonen en dagelijks zorg nodig hebt.

Je komt in aanmerking voor de Wmo als je door een beperking, ziekte of ouderdom niet meer zelfstandig kunt meedoen in de samenleving. Bijvoorbeeld als je hulp nodig hebt in het huishouden, met vervoer of bij je daginvulling. Kun je dit niet zelf of met hulp van je netwerk oplossen? Dan kan de gemeente ondersteuning vanuit de Wmo regelen.

Wmo aanvragen bij je gemeente.

Je regelt ondersteuning altijd via je gemeente. Je begint met een melding bij het Wmo-loket. Daarna volgt binnen 6 weken een keukentafelgesprek. Tijdens dit gesprek bespreek je met een Wmo-consulent welke hulp je nodig hebt en welke oplossingen mogelijk zijn.

De gemeente onderzoekt eerst of je partner, familie of buren je kunnen helpen. Is dat niet genoeg? Dan kan de gemeente extra ondersteuning bieden. Je ontvangt daarna een Wmo-indicatie: een officieel besluit waarin staat welke hulp je krijgt.

Je hebt altijd recht op een cliëntondersteuner. Die helpt je bij het gesprek en denkt mee tijdens het hele proces.

Hoe regel je de ondersteuning?

Als de gemeente besluit dat je in aanmerking komt voor hulp via de Wmo, kies je uit 2 vormen.
  1. Zorg in natura. Je gemeente regelt de ondersteuning via vaste aanbieders. De gemeente bepaalt welke hulp je krijgt in het huishouden of welke hulpmiddelen geschikt zijn.
  2. Persoonsgebonden budget (pgb). Je ontvangt een budget waarmee je zelf zorg of hulpmiddelen koopt. Zo kun je kiezen voor een ander type rolstoel of scootmobiel dan de standaardmodellen van de gemeente. Je gemeente legt uit hoe je een pgb aanvraagt en welke voorwaarden gelden.

Eigen bijdrage Wmo.

Voor bijna alle vormen van ondersteuning betaal je een eigen bijdrage. In 2025 is dat € 21,- per maand. Het Centraal Administratie Kantoor (CAK) int dit bedrag. Sommige gemeenten geven korting of een vrijstelling bij een laag inkomen. Vraag dit altijd na bij je eigen gemeente.

Bekijk de actuele hoogte van de eigen bijdrage via de website van de Rijksoverheid.

Wmo-hervorming in 2027.

Vanaf 1 januari 2027 verandert de eigen bijdrage voor de Wmo. Het vaste maandbedrag verdwijnt. De eigen bijdrage wordt dan inkomens- en vermogensafhankelijk (ivb). Dit geldt voor zowel nieuwe als bestaande aanvragen.

Waar kun je terecht met vragen?

Heb je vragen of wil je weten of je recht hebt op hulp via de Wmo? Neem contact op met je gemeente. Iedere gemeente organiseert dit op een eigen manier. Vaak is er een Wmo-loket, maar gemeenten werken ook met sociale wijkteams. Op de website van je gemeente vind je meestal uitgebreide informatie en formulieren.