Zo verklein je de kans op kortsluiting en elektriciteitsschade in huis

Gemiddeld genomen is ieder huishouden goed voor zo'n 93 elektrische apparaten. Stuk voor stuk fijne hulpmiddelen. Maar hoe zit het met kortsluiting en elektriciteitsschade?

Van de wasmachine en de droger tot aan de staafmixer en de stofzuiger. Het gebruik ervan is niet geheel zonder risico. Zo kan er kortsluiting ontstaan. Of bijvoorbeeld overbelasting van je stroomnet, met elektriciteitsschade of in het ergste geval zelfs brand tot gevolg. Risicodeskundige Marcel van der Hoorn geeft uitleg over de verschillen ertussen en de oorzaken ervan. Daarnaast geeft hij tips om dit te voorkomen en de werkwijze voor wanneer je ermee te maken krijgt.

De misvatting over kortsluiting en elektriciteitsschade

Een veelvoorkomende misvatting is dat elektriciteitsschade of brand in huis het gevolg zijn van kortsluiting, zo stelt Marcel van der Hoorn. "In tegenstelling tot wat veel mensen denken zijn juist overbelasting van het elektriciteitsnet en onveilige apparatuur vaak de boosdoeners."

Van der Hoorn vertelt verder: "Kortsluiting kan, op een gesprongen zekering in de meterkast na, op geen enkele manier schade of brand aanrichten. Dit elektrische verschijnsel ontstaat als gevolg van een aanraking tussen 2 draden, met gesprongen stoppen tot gevolg. Van elektriciteitsschade door kortsluiting is dan ook geen sprake."

Zo ontstaat kortsluiting

Kortsluiting: iedereen krijgt er wel eens mee te maken. Maar hoe ontstaat het precies? Van der Hoorn licht toe: "Een elektrisch apparaat bevat altijd minstens 2 draden. Ook wel de fase- en nuldraad genoemd. De stroom komt via de ene draad en vertrekt via de andere. Tussen beide zit een elektrisch toestel dat op stroom werkt. Te denken aan bijvoorbeeld een waterkoker of wasmachine. Zodra de draden met elkaar in contact komen heeft dit kortsluiting als gevolg. In zo’n geval springen, bij een veilige groepenkast, direct de stoppen. En wordt de elektriciteit in de betreffende groep automatisch uitgeschakeld."

Wat te doen bij kortsluiting?

Is er kortsluiting? Dan merk je dit omdat je geen stroom meer in (een gedeelte van) je huis hebt. Hierdoor valt bijvoorbeeld het licht uit en werken verschillende apparaten niet meer. "Loop in dat geval direct naar je meterkast en volg onderstaande stappen," aldus Van der Hoorn.
  1. Zet je hoofdschakelaar om. Met deze handeling zet je alle stroomtoevoer in huis uit.
  2. Loop je zekeringen, ook wel stoppen genoemd, na en bekijk welke er gesprongen is. Je herkent een doorgeslagen stop aan de melder die uit de zekering komt of aan de knop die losgekomen is van de automaat. Heb je een meterkast met schakelaars? Zoek dan de groep op waarvan de schakelaar naar beneden is omgeslagen. Haal vervolgens de apparaten die aangesloten zijn op deze groep uit het stopcontact en zet de schakelaar weer om.
  3. Heb je de kapotte zekering in het vizier? Zet de hendel eronder dan ook om en verwijder de stop door eraan te draaien.
  4. Bekijk op de groepenkaart welke apparaten zijn aangesloten op deze groep. En trek de stekkers vervolgens 1 voor 1 uit het stopcontact.
  5. Zodra alle apparatuur afgekoppeld is, plaats je een nieuwe zekering met dezelfde waarde of de losgekomen knop terug in je meterkast. Draai deze goed aan. Zekeringen zijn verkrijgbaar in elke bouwmarkt. 
  6. Nadat de zekering vervangen is zet je de hendel en de hoofdschakelaar weer om. En zo alle stroomtoevoer in huis weer aan.

Alle stappen doorlopen? Dan is het belangrijk om de oorzaak van de kortsluiting op te sporen. "Koppel alle apparaten 1 voor 1 weer aan je elektriciteitsnet. Slaat je stop bij een bepaald apparaat door? Trek die stekker dan direct weer uit het stopcontact. De aanstichter van de kortsluiting is nu bekend. Gebruik dit apparaat niet meer."

Koppel je de apparaten aan het stroomnet en gebeurt er in de tussentijd niets? Schakel de apparaten dan om de beurt ook in. "Blijft de situatie stabiel, dan is het probleem verholpen. Is dit niet het geval en stuit je alsnog op een gesprongen zekering? Dan geldt ook hier dat je van dat apparaat afscheid moet nemen."

Zo ontstaat elektriciteitsschade

Overbelasting van (een deel van) het elektriciteitsnetwerk of onveilige apparatuur kan leiden tot elektriciteitsschade. Van der Hoorn legt uit: "Sluit je te veel apparaten op 1 groep aan, dan kan dit in delen van de elektrische installatie leiden tot overbelasting. In dat geval vragen de apparaten om meer elektra dan het netwerk aankan. En vloeit er te veel stroom door de elektrische draden waardoor deze verhit raken of zelfs smelten. Dit met smelt-, broei- en zelfs brandschade tot gevolg."

Maar ook langdurig en intensief gebruik van apparaten kent volgens de expert de nodige risico’s. Van der Hoorn vertelt verder: "De kwaliteit neemt naar verloop van tijd af. Zo treedt er door de warmteontwikkeling slijtage op in het isolatiemateriaal van de bekabeling. Wat leidt tot oververhitting, versmelting en/of vlambogen, dat is energie die overspringt, ook wel bekend als lichtboog en elektrische boog. Hierdoor kan er schade optreden of zelfs brand ontstaan."

Ook het gebruik van goedkopere apparatuur van mindere kwaliteit is volgens Van der Hoorn niet zonder risico. "Door de mindere kwaliteit zijn ze vaak onveiliger in gebruik. Zo koop je bijvoorbeeld bij verschillende winkels al een stekkerdoos of verlengsnoer voor een paar euro. Het risico op overgangsweerstand is bij deze goedkope varianten groter. In dat geval raken verschillende metalen elkaar en komen er verhoogde temperaturen vrij. Dit met brand als mogelijk gevolg."

Wat kun je doen bij elektriciteitsschade?

Stuit je op elektriciteitsschade in 1 van je apparaten? Dan is het volgens de expert van groot belang om voorzichtig te handelen. "Merk je op dat bijvoorbeeld je waterkoker verkleurt of dat de oplader van je laptop heel warm wordt? Neem hier dan direct afscheid van om de kans op oplopende schade of brand te voorkomen."

Je denkt er liever niet over na, maar de kans dat er buiten jouw zicht om brand uitbreekt door elektriciteitsschade is aanwezig. Wat je dan het beste kunt doen hangt af van de omvang. "Een kleine, beginnende brand kun je eventueel zelf blussen. Mits je zonder gevaar weg kunt komen natuurlijk. Zet voor je begint met blussen wel de stroomvoorziening in je meterkast uit. Bij een grotere brand adviseren we de woning zo snel en veilig mogelijk te verlaten. Door het opvolgen van een vluchtplan bijvoorbeeld." Lees alles over veilig vluchten en het opstellen van zo’n plan.

Zo voorkom je elektriciteitsschade

Verklein de kans op elektriciteitsschade en dus ook de kans op schade en brand:

  • Gebruik jij jouw meterkast nu vooral als opslagplek, schoenenkast of voor het verzamelen van oud papier? Dan is er werk aan de winkel. In een volle meterkast kan de installatie zijn warmte namelijk minder goed kwijt, met oververhitting tot gevolg. In deze 5 stappen zorg je voor een veilige meterkast.
  • Zorg daarnaast voor voldoende ventilatie in je meterkast. Plaats bijvoorbeeld een rooster in de deur. Zo kan de opgewekte warmte altijd zijn weg naar buiten vinden. 
  • Koppel geen verlengsnoeren aan elkaar. Er is een grote kans dat het aangesloten vermogen te groot is voor het dunste snoer. Met warmte, overbelasting en mogelijk brand tot gevolg.
  • Kijk bij een kabelhaspel goed naar het vermogen dat er op- en afgerold aangesloten mag worden om oververhitting tegen te gaan. 
  • Pak altijd de stekker vast als je hem uit het stopcontact wilt halen. Trek niet aan de kabel zelf. Hierdoor kan de isolatie binnenin loslaten, met storingen in het elektriciteitscircuit tot gevolg. 
  • Laad je telefoon, laptop, elektrische fiets en andere apparaten niet ’s nachts op, maar juist overdag. Zo houd je er toezicht op. Lees hoe Roos dit bespreekbaar maakte met haar kinderen.
  • Leg je telefoon op een hard oppervlak aan de lader, zoals op een tafel. Doe dit niét op de bank of in bed. Dit vanwege de hitte die vrijkomt op een brandbare ondergrond.
  • Maak na iedere droogbeurt het pluizenfilter van je droger schoon. Als pluis in het binnenwerk te heet wordt, kan dit namelijk brand veroorzaken. 
  • Schaf een combischakelaar aan voor je wasmachine en droger. Deze regelaar maakt het mogelijk om deze 2 apparaten met een groot vermogen op 1 groep aan te sluiten. Hij schakelt het ene apparaat uit terwijl het andere draait, wat het risico op overbelasting verkleint.
  • Loop je elektrische producten in huis periodiek na op eventuele schade. Stuit je op verkleuring van opladerpootjes? Of versmelting van kabels? Gebruik dit apparaat dan niet meer. 
  • Wordt de accu, oplader of kabel van een apparaat warm bij gebruik? Dan is dat een teken van veroudering. Wil je het apparaat veilig blijven gebruiken, dan raden we aan deze te vervangen. 
  • Kies voor kwalitatieve elektronische apparaten, deze zijn vaak veiliger in gebruik.
  • Slaan de stoppen in de meterkast regelmatig door? Of voelt de stoppenkast warm aan? Schakel dan een erkend installateur in om hier met speciale meetapparatuur naar te laten kijken. 
  • En installeer rookmelders op iedere verdieping van je huis. Mocht er onverhoopt brand ontstaan, dan kun je direct actie ondernemen.

Verzeker je woning en spullen tegen (brand)schade

Brandschade door overbelasting van je elektriciteitsnet of het gebruik van onveilige of verouderde apparaten. Je hoopt dat je het nooit meemaakt. Maar soms is het simpelweg niet te voorkomen, of heb je gewoon pech. Met onze Woonhuisverzekering verzeker je jouw woning hiertegen. En met onze Inboedelverzekering is (brand)schade aan je spullen gedekt.